Terugblik Q2 2019

“Je gaat het pas zien als je het doorhebt (Johan Cruijff).”

Dat geldt niet alleen voor het voetbal maar ook voor de economie en de financiële markten. En uiteindelijk zien we het allemaal. Echter, het tijdstip waarop we het zien is voor iedereen anders en wordt bepaald door persoonlijke omstandigheden. Bovendien is het afhankelijk van wat we willen zien. Zo zien we al een tijdje dat de groei van de wereldeconomie vertraagt. Nu wordt de totale economie berekend op basis van een optelling van een aantal factoren. We hebben het dan over de optelsom van de consumptie, de investeringen, de overheidsuitgaven en de export minus import. Dit is toch niet heel ingewikkeld. Maar om het gecompliceerd te maken gaan we alles weer uitsplitsen naar regio’s, sectoren en allerlei deelgebieden. En dan voegen we daar het tijdsaspect aan toe. Ook willen we graag vergelijken met een eerder meetpunt en bovendien kan de publicist van de informatie ook nog enige invloed hebben op wat we zien.

Zo is de titel van een bericht op 2 juli dat de winkelverkopen in Duitsland over de maand juni zijn gedaald. Als we het artikel verder lezen blijken de winkelverkopen op maandbasis gedaald en op jaarbasis gestegen. Een continue stroom van dit soort informatie vormt ons totale beeld over de stand van zaken van de actuele economische situatie. De tijd of horizon is hierbij een niet te onderschatten variabele. Het is niet gek dat we ons als beleggers laten afleiden van de lange termijn doelstelling. We krijgen iedere dag een berg aan informatie die we moeten verwerken. Het onderkennen van trends en trendbreuken valt dan ook niet mee. Aan het einde van deze terugblik komen we hierop terug.

Wat we over het afgelopen kwartaal zien is dat de wereldwijde groei van de economie afzwakt. Maar er is nog steeds sprake van groei. Deze groei is het hoogst in China (meer dan 6% op jaarbasis) en bijvoorbeeld Vietnam, vanwege geopolitieke redenen. Overigens is de groei voor China zeer respectabel maar wel aanmerkelijk lager dan in de afgelopen decennia. Ook in de V.S. is er de verwachting dat de groei van de economie dit jaar boven de 3% ten opzichte van het vorige jaar uitkomt. Dit is minder dan vorig jaar maar meer dan men in het begin van het jaar verwachtte. In Europa blijft de groei sterk achter en verwacht men voor, het economisch grootste land, Duitsland zelfs een groei van minder dan 1% voor geheel 2019. Wat ook opvalt is dat de groei van de industriële sector achterblijft bij de dienstensector. Dit is een trend die we al langer constateren. In regio’s waar het zwaartepunt op de industriële productie ligt zie je een sterkere afname van de groei en vaak zelfs krimp. Zo zou je kunnen concluderen dat de industrie in de Eurozone zich al sinds het begin van het jaar in een recessie bevindt. In regio’s waar de nadruk meer op dienstverlening ligt staat de groei minder onder druk.

Een volgende trend, die zich heeft gecontinueerd in het afgelopen kwartaal, is dat de groei van de wereldhandel verder afneemt. Ook hier is nog steeds sprake van groei maar deze is over de afgelopen maanden vrijwel stilgevallen. Ofwel de groei van de wereldhandel én industriële productie zijn zo goed als stilgevallen in het afgelopen kwartaal. En toch is er sprake van groei ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar. Dat heeft vooral te maken met de binnenlandse vraag. De consumenten besteden meer dan voorheen. En ook de overheid geeft meer uit (lees: stimuleert meer) dan voorheen. Dit is een beeld dat we wereldwijd zien. Particulieren hebben meer te besteden doordat lonen eindelijk oplopen. Ook neemt de werkeloosheid in veel regio’s in het tweede kwartaal verder af en worden er, ondanks automatisering en robotisering, per saldo nog steeds nieuwe banen gecreëerd.

In de afgelopen dagen hebben we de rapporten van de inkoopmanagers voor de industrie weer mogen ontvangen. Het beeld wordt er hier in het afgelopen kwartaal niet beter op.

Voor de echt korte termijn wordt ons beeld bepaald door verklaringen van Centrale Bankiers, tweets van President Trump en uitkomsten van overleggen tussen landen van de OPEC. Dit zijn de berichten die zorgen voor een korte termijn beweging op de financiële markten. Vaak hebben ze ook voor de middellange termijn invloed op de economische ontwikkeling. Voor de heel lange termijn zijn het vooral de demografische ontwikkelingen en andere revolutionaire wijzigingen die de economische toekomst veranderen.

Over het afgelopen kwartaal hebben de Centrale Bankiers de eerder gemaakte U-bocht verscherpt. De in 2018 voorgenomen economische verkrapping, werd in het eerste kwartaal van 2019 ingetrokken. En bij de laatste bijeenkomsten in juni hebben zowel de ECB als de FED aangegeven dat de kans op stimulering in 2019 groot is. Er is een verdere draai gemaakt van “stimuleren als het verslechtert” naar “stimuleren als het niet verbetert”. Zeker voor Europa lijken er niet veel stimuleringsmogelijkheden over om dit te realiseren. ECB President Mario Draghi zal in oktober, bij zijn overdracht aan Christine Lagarde, een erfenis achterlaten van negatieve rentes. Bovendien heeft de ECB een obligatieportefeuille van meer dan EUR 2.600 miljard. In zowel de V.S. als in Europa hebben we overigens de rentes over het afgelopen kwartaal weer fors zien dalen. In Europa zelfs tot historische nog niet eerder bereikte niveaus. En met een rente op de spaarrekening van 0% en een inflatie van circa 1,5% haalt de Europese consument daar voorlopig geen koopkrachtverbetering vandaan. Dat zal dus met name uit de laatste loonsverhogingen moeten komen.

Dan hebben we nog het geopolitieke gekrakeel met President Trump in de hoofdrol. De aandacht verplaatst zich van landen als China, Mexico en Vietnam naar regeringen van Noord-Korea en Iran naar bedrijven als Huawei, enzovoort. En dat allemaal met het doel om in november 2020 herkozen te worden tot President van de V.S. Bij de laatste metingen blijkt de populariteit van de President in zijn eigen land te zijn toegenomen. Maar de verdeeldheid onder de inwoners van de V.S. is nog steeds erg groot. Het conflict met China trok het afgelopen kwartaal de meeste aandacht waarbij China zich zeker niet de les liet lezen. De aandelenkoersen in China hadden er wel last van. De Chinese beurzen kleurden aan het eind van het kwartaal rood ten opzichte van het eind van het eerste kwartaal. Rationeel bekeken hebben zowel Trump als Xi er baat bij zaken te doen. De handelsoorlog beschadigt beide economieën. De binnenlandse druk op Trump neemt toe. Een brief, ondertekend door 600 Amerikaanse bedrijven, en een website waar de schade van de importheffingen, van tot op heden bijna 30 miljard, wordt bijgehouden zijn daar voorbeelden van.

Wij zijn erg benieuwd wat het aanstaande kwartaal ons gaat brengen maar we zullen eerst een korte toelichting geven op de rendementen over het tweede kwartaal 2019 per beleggingscategorie.

Aandelen
Even leek de tegeltjes wijsheid: “Sell in May and go away, but remember to come back in September” uit te komen. Maar de positieve maand juni heeft hier een einde aan gemaakt. De aandelenmarkten in de ontwikkelde economieën hebben de toch al positieve rendementen van het eerste kwartaal verder uitgebouwd. De rendementen van de aandelen in opkomende economieën zijn per saldo gestabiliseerd. In onze vermogensbeheerportefeuilles hebben wij relatief meer belegd in de aandelen van de opkomende markten dan de gemiddelde marktkapitalisatie van deze markten. Dit heeft voor de eerste helft van dit jaar geleid tot een licht achterblijvend rendement voor de categorie aandelen. Demografische ontwikkelingen en lager dan gemiddelde waarderingen geven ons het vertrouwen dat we voor de lange termijn goed gepositioneerd zijn.

Obligaties
Het lijkt erop dat de lesboeken economie herschreven moeten worden. We bevinden ons in Europa al gedurende een periode van meer dan een kwartaal in een situatie die nog niet eerder is voorgekomen. We hebben negatieve rentes op langlopende staatsleningen van diverse landen. En de rente zal voorlopig niet snel oplopen. Op 18 juni jongstleden kondigde ECB-president Mario Draghi aan dat hij klaar staat om met nieuwe stimulusmaatregelen de inflatie en economische groei aan te jagen. De 10-jaars rente van Duitsland stond aan het eind van het kwartaal met -0,33% op een historisch dieptepunt. Voor zowel beleggingen in staatsleningen als bedrijfsleningen heeft dit ertoe geleid dat ook hier de rendementen over het afgelopen kwartaal verder zijn opgelopen. Wij beleggen in onze vermogensbeheerportefeuilles niet alleen in staatsleningen en kredietwaardige bedrijfsleningen.

Wij spreiden over allerlei soorten leningen en realiseren hiermee beter dan gemiddelde rendementen voor dit jaar.

Vastgoed
Eigenlijk de enige beleggingscategorie die een negatief rendement heeft gerealiseerd over het afgelopen kwartaal is de categorie beursgenoteerd vastgoed. Desondanks worden er voor dit jaar nog steeds zeer respectabele rendementen gerealiseerd in met name het vastgoed buiten Europa. Wij hebben in de vermogensbeheerportefeuilles gespreid belegd over diverse regio’s in de wereld.

Valuta
De US Dollar is in het afgelopen kwartaal een fractie verzwakt ten opzichte van de Euro maar is per saldo nog steeds iets sterker dan aan het begin van het jaar 2019. President Trump beticht er in het afgelopen kwartaal menig land van haar valuta te verzwakken ten opzichte van de US Dollar. Zo zouden deze landen een concurrentievoordeel op Amerikaanse bedrijven realiseren. Dit is echt allemaal wat kort door de bocht maar past wel bij zijn toegepaste retoriek. De waarde van de Euro staat aan het eind van het tweede kwartaal bijna op hetzelfde niveau als aan het begin van het jaar ten opzichte van zowel de US Dollar als het Britse Pond.

Grondstoffen
En ook in het afgelopen kwartaal was dit de categorie met de grootste beweeglijkheid. De landen binnen de OPEC en Rusland hebben zeer recent hun eerdere afspraken met 9 maanden verlengd. Vanuit die hoek blijft men voorlopig minder olie op de markt brengen. Het doel is prijsstabiliteit of in ieder geval geen verlaging van de olieprijs als gevolg van minder vraag door een afvlakkende groei van de wereldwijde economie. Afzwakkende groei en de toename van alternatieve bronnen zullen er voorlopig niet toe leiden dat de vraag afneemt. De aanbodkant is zoals vaker gememoreerd wisselvalliger. Sancties voor Iran, afspraken binnen het OPEC-kartel en het feit dat de V.S. op korte termijn zelfvoorzienend is zullen factoren met meer impact zijn. Al met al is de olieprijs in het tweede kwartaal gestabiliseerd. De goudprijs daarentegen loopt dit jaar met bijna 10% op. Omdat deze grondstoffen, net als cryptomunten, niet te waarderen zijn, beleggen wij in de vermogensbeheerportefeuilles niet in deze categorie.

Wijzigingen in de beheerportefeuilles en strategie
In het afgelopen kwartaal hebben we in alle profielen de portefeuilles verduurzaamd. We hebben een indextracker op de wereldindex vervangen door een indextracker die onder andere producenten van controversiële wapens uitsluit. Een bijkomend voordeel zijn de lagere kosten van de nieuwe indextracker.

Tot slot zijn we deze terugblik gestart met de onderkenning van trends en trendbreuken op basis van de economische informatie die we dagelijks krijgen. Om daar een actie aan te verbinden zal men vervolgens de stap moeten zetten om de relatieve waardering van de verschillende beleggingscategorieën te bepalen. Dus niet alleen het nieuws maar ook (relatieve) waarderingen zijn van essentieel belang om de strategie te bepalen. Wij constateren in de markt dat de meeste vermogensmanagers proberen te anticiperen op trends en trendbreuken. Zo is bijna iedereen het erover eens dat aandelen momenteel de aantrekkelijkste categorie is om in te beleggen. En toch worden er in het tweede kwartaal posities in de portefeuilles verder afgebouwd en teruggebracht naar neutraal of zelfs minder dan neutraal ten opzichte van de eigen strategische allocatie.

Wij passen in de vermogensbeheerportefeuilles de strategie van “rebalancing” toe. Dit houdt in dat categorieën en regio’s die over de afgelopen periode harder zijn opgelopen dan andere categorieën worden afgebouwd ten gunste van de categorie die is achtergebleven. Dit heeft over de afgelopen 5 jaar geleid tot bovengemiddelde rendementen binnen de afgesproken profielen. Ondanks onze opleiding, meer dan 60 jaar ervaring en passie voor het vak, denken wij nog steeds niet de financiële markten te kunnen voorspellen. Kortom: als je het doorhebt, zie je het.